Afgelopen vrijdag landden we op Schiphol. Door de wolken heen was de groene ordelijkheid duidelijk zichtbaar. Terwijl mijn man en ik nog op ons gemak onze weg zochten naar P6, werden we links en rechts ingehaald door gehaaste mensen. Niets bijzonders, toch? Misschien herken je jezelf hierin. Welkom terug in Nederland. Maar als er iets was wat me opviel na twee weken reizen door Portugal is het wel de voortdurende strijd die in Nederland woedt. Strijd? Ja.

Vechten voor een kans

Media reppen over Zwarte Piet, oorlogen en verkiezingen. Over voor- en tegenstanders van verplichte anticonceptie. Over brandende fakkels in het Ajax-vak waar ook kinderen zijn. Over ontgroeningen. Overal reclame van bedrijven die aandacht vragen voor hun product of dienst. Professionals die zich dagelijks op social media profileren en positioneren om een plek te claimen in hun vakgebied. En dan lees ik in Intermediair over Diederik Stapel die boete heeft gedaan en desondanks moet vechten voor een tweede kans.

Hoe kun je in dit geweld nog jezelf zijn?

Dit is een vraag die me al een tijdje bezighoudt, persoonlijk en ook omdat ‘jezelf zijn’ iets is waar jongeren aan hechten. Ik merk het aan de Millennials in mijn praktijk: authenticiteit weegt zwaar. En waar lopen zij tegenaan? Bijvoorbeeld het functieprofiel en alle (on)geschreven wetten die daarmee samenhangen, als symbool voor de starheid waarmee organisaties zichzelf in leven pogen te houden. (Lees ook eens het artikel van Karin Manuel en mij in het septembernummer van Tijdschrift voor Coaching.)

Geloof in schaarste

Ondanks alle rijkdom in Nederland hebben we een rotsvast geloof in schaarste. Daarom doen we zo ons best ons zichtbaar te maken, schreeuwen we zo hard om gehoord te worden en passen we ons aan om ons succesvol te voelen. Falen is geen optie (tenzij we ervan leren, zal de lerende organisatie zeggen. Zodat we het nooit meer fout doen).

Falen is mijn grootste angst. En dus heb ik me jarenlang aangepast. Het is tijd dat ik leer te falen. Of beter nog, dat ik durf te ervaren dat de werkelijkheid anders kan lopen dan ik plan. Of verwacht. En dat ik daar vervolgens geen oordeel over heb. En ook niet over mezelf en mijn rol daarin. En dat ik het niet erg vind, als anderen dan wel een oordeel hebben over mij. Hooguit kan ik vaststellen dat ik het een volgende keer anders doe. Of niet meer, als het niet bij me past. Omdat ik durf te erkennen dat wat mij drijft en wat ik belangrijk vind iets anders kan zijn dan dat (ik denk dat) er van mij verwacht wordt. Het is de kortste route naar mezelf zijn.

Misschien ook wel voor jou

En wat is daarvoor nodig? Erop vertrouwen dat je handelen uiteindelijk tot iets leidt waarvan je gelukkig wordt (wat dat is, kun je lekker zelf bepalen). Door daarop te vertrouwen, verdwijnt het geloof in schaarste en de behoefte aan strijd. Niet zo gek dus, dat Millennials hechten aan authenticiteit.